Geschiedenis van de tango

GESCHIEDENIS VAN DE TANGO

Tango is ontstaan onder de wanhopige immigranten uit Europa (Italië, Spanje, Engeland, Duitsland, Polen, Rusland), Afrika en Zuid Amerika die Buenos Aires aan het eind van de 19e eeuw overstroomden.

3 miljoen mannen lieten hun families in de steek om hun geluk te beproeven in een ver en vreemd land: Argentinië. Daar werden in de huurkazernes en de bruine cafés nieuwe pasjes en figuren bedacht en geoefend, om laat in de nacht nog eens uit te proberen met de dames uit de bordelen. Deze bijeenkomsten van verschillende immigranten, nakomelingen van creoolse negerslaven en naar de stad getrokken gaucho’s (Argentijnse cowboys), groeiden uit tot nachtelijke dansfestijnen.

MUZIEK

Een grote diversiteit aan muzikale invloeden maakt de ontstaansgeschiedenis van de tango zeer complex en onduidelijk. Elementen van de Cubaanse habanera, de Argentijnse milongas, en de Spaanse flamenco zijn er in verwerkt. Afrikaanse candombe percussie, violen uit de Oost Europese klezmer, polka, walz en mazurka en Zuid Europese volksliederen hebben ook hun steentje bijgedragen. De originele tango werd gespeeld op viool, gitaar en fluit (en in het prille begin nog percussie). Rond de eeuwwisseling werd daar de bandoneón (uit Duitsland!) aan toegevoegd. Zo ontstond het karakteristieke melancholieke geluid van de tango.

ZANG

In Buenos Aires beleefde de tango haar ‘Gouden Eeuw’ aan het begin van de 20e eeuw. Rond 1920 waren de theaters en clubs van de stad elke avond bezet met grote tango-orkesten. En Carlos Gardel was tango’s onomstreden ster! Als vaderloze immigrant was hij de personificatie van de tango, maar zijn stem, meer dan welke ook geassocieerd met de tango, oversteeg de grenzen van sociale klasses. In de loop van zijn carrière nam hij circa 1000 songs op. Ook acteerde hij in Amerikaanse films. In 1935, tijdens een tour in Colombia, kwam Gardel om het leven bij een vliegtuigongeluk.

CARLOS GARDEL

Hij zingt zijn tango’s niet met orkest, maar blijft eenvoudigweg gebruik maken van de gitaren die hem altijd al begeleid hebben. En bij de uitvoering van de tekst en de muziek gebruikt hij op geniale wijze al zijn kennis van de muziek uit de provincie.

ASTOR PIAZZOLLA

Hij, die met zijn muziek vanaf 1950 een omwenteling teweeg zal brengen in de tango , krijgt zijn scholing in het orkerst van Troilo na tien jaar in New York gewoond te hebben . Met zijn leergierigheid, zijn lef en zijn overtuigend goede smaak bekwaamt hij zich verder in Parijs bij Nadia Boulanger. Vanaf 1955 is hij met zijn invloedrijke stijl als arrangeur, produktief componist en bewonderenswaardig bandoneonist te horen bij drie formaties.

DANS

In het begin was de Tango paria-muziek, een ondergrondse passie, waar de elite van Buenos Aires op neerkeek, maar toen de dans de oceaan overstak naar Parijs, was Europa al snel in de ban van de klanken en bewegingen. Het was de eerste ‘latin’ dans, die een breed publiek buiten Zuid-Amerika kreeg en voorbestemd was om de wereld te gaan veroveren.

De tweede helft van de twintigste eeuw bracht weinig goeds voor de tango. Rock ‘n’ roll, swing, disco, punk, house: partnerdansen raakte uit de smaak. Bovendien kende Argentinië tot in de jaren tachtig een serie dictatoriale bewinden; samenscholingen werden verboden en er viel weinig meer te dansen. Het fragiele evenwicht tussen verdriet en plezier, dat de kern van de tango lijkt te zijn, was verstoord.

Comments are closed.